Alles wat u moet weten over IMO Tier III

White paper

Alles wat u moet weten over IMO Tier III

White paper

Alles wat u moet weten over IMO Tier III

Sinds 1 januari 2021 gelden de IMO Tier III-eisen voor alle superjachten. De mondiale scheepsgemeenschap heeft over het algemeen positief gereageerd op deze milieuvriendelijke maatregel, ondanks dat de maatregel een groot aantal nieuwe uitdagingen voor zowel de fabrikanten als de gebruikers van motoren op jachten met zich meebrengt.

De IMO Tier III-regelgeving voor de uitstoot van stikstofoxide (NOx-emissies) geldt voor alle grote schepen met een motorvermogen van 130 kW of meer waarvan de kiel op of na 1 januari 2016 is gelegd. Volgens deze regelgeving moeten de NOx-emissies van deze schepen maximaal 70% lager zijn dat het volgens de regelgeving voor andere schepen toegestane maximum. Dit komt neer op <2,0 g/kWh.

Bovendien moeten de schepen in kwestie ook aan IMO Tier III voldoen wanneer ze binnen een emissiebeheersgebied (Emission Control Area – ECA) varen.

Uitdagingen voor jachten van minder dan 500 GT

De regelgeving was aanvankelijk alleen van toepassing op schepen van meer dan 500 GT, maar is sinds 2021 ook van toepassing op alle jachten van meer dan 24 meter, ongeacht volume. Voor kleinere schepen gelden specifieke beperkingen wat betreft ruimte en afmetingen: in de meeste gevallen kan men niet meer simpelweg volstaan met het aanpassen van de afstellingen van de motor, maar is een zorgvuldige combinatie van technieken en technologieën nodig.

Bij jachten van minder dan 500 GT ontbreekt vaak de ruimte voor standaardoplossingen. Xeamos biedt belangrijke toegevoegde waarde in de vorm van maatwerkoplossingen die in elke machinekamer passen en kan ook een geluidsdemper en nabehandelingssysteem in één apparaat combineren. Deze opties kunnen motorfabrikanten niet bieden.

Motoren en nabehandelingsunits worden meestal als grote, gestandaardiseerde kasten geleverd. Dit zijn licht aangepaste versies van oplossingen die oorspronkelijk voor toepassingen op het land of in de auto-industrie zijn ontworpen. Voor tankers of grote commerciële vaartuigen kan dit een prima oplossing zijn, maar het sluit in de verste verte niet aan bij wat veel eigenaren van een jacht nodig hebben.

Er zijn nog niet veel superjachten met de nieuwste nabehandelingssystemen uitgerust. De superjachten die wel deze systemen gaan krijgen, zijn grotendeels nog in aanbouw en dit betekent dat zich de komende jaren de eerste problemen gaan voordoen en moeten worden aangepakt. In dit kader vinden er nu ook gesprekken plaats over het van een andere motor voorzien van bestaande schepen.

De belangrijkste spelers:

IMO
De Internationale Maritieme Organisatie (IMO) is het VN-agentschap dat verantwoordelijk is voor de veiligheid en beveiliging van de scheepvaart en voor voorkoming van vervuiling van de zee en de lucht door schepen. Als VN-agentschap werkt IMO actief aan de 2030-agenda voor duurzame ontwikkeling en de daaraan gekoppelde duurzame ontwikkelingsdoelen.

Marpol
The International Convention for the Prevention of Pollution from Ships (MARPOL) is the main international convention covering the prevention of marine environment pollution by ships due to operational causes or accidents.

Historische achtergrond
Het MARPOL-verdrag is op 2 november 1973 bij de IMO vastgesteld. Het protocol van 1978 werd vastgesteld naar aanleiding van een groot aantal ongelukken met tankers in 1976 en 1977.

Omdat het MARPOL-verdrag van 1973 nog niet in werking was getreden, werd het hoofdverdrag in 1978 met het MARPOL-protocol gecombineerd waarna het geheel op 2 oktober 1983 in werking trad. In 1997 werd een protocol tot wijziging van het verdrag vastgesteld, met daarin de toevoeging van een nieuwe bijlage VI. Dit trad op 19 mei 2005 in werking. MARPOL is in de loop der jaren via allerlei amendementen bijgewerkt.

Het verdrag omvat regelgeving gericht op het voorkomen en tot het minimum beperken van verontreiniging door schepen, zowel door ongevallen als door routinewerkzaamheden, en omvat nu zes technische bijlagen. De meeste bijlagen betreffen speciale gebieden met strenge beheersmaatregelen voor lozingen tijdens bedrijf.

Bijlage VI: Preventie van luchtverontreiniging door schepen (19 mei 2005)

Hierin worden grenswaarden vastgesteld voor de emissie van zwavel- en stikstofoxiden via de uitlaatgassen van schepen en wordt de opzettelijke uitstoot van ozonafbrekende stoffen verboden.

In aanvulling hierop zijn er speciale emissiebeheersgebieden vastgesteld waar strengere normen gelden voor SOx, NOx en fijnstof. Een in 2011 vastgesteld hoofdstuk gaat in op verplichte technische en operationele energie-efficiëntiemaatregelen gericht op het beperken van de uitstoot van broeikasgassen door schepen.

De nieuwste ontwikkelingen

• In het licht van de toegenomen urgentie in alle sectoren om de inspanningen gericht op het beperken van de uitstoot van broeikasgassen te versnellen (zoals in zowel de recente IPCC-rapporten en in het Klimaatpact van Glasgow wordt benadrukt), heeft de IMO ingestemd met het initiëren van een herziening van haar strategie inzake broeikasgassen.
• Van 22 t/m 26 november 2021 vond de 77e zitting van het Marine Environment Protection Committee (MEPC) van de IMO plaats, dit keer langs virtuele weg. Hierna nam het MEPC een resolutie aan over het vrijwillige gebruik van schonere brandstoffen in het Noordpoolgebied om de uitstoot van zwarte koolstof te verminderen.
• Ook is er een strategie vastgesteld voor het beperken van verontreiniging door plastic afkomstig van schepen, evenals herziene richtsnoeren voor uitlaatgasreinigingssystemen (EGCS).
• Het MEPC bereikte ook overeenstemming over de reikwijdte van de werkzaamheden met betrekking tot lozingswater uit uitlaatgasreinigingssystemen en ging in op zaken die het Ballastwaterverdrag betroffen.

Wilt u meer weten over de nieuwste ontwikkelingen bij Xeamos en de nabehandelingssystemen die wij aanbieden? Neem dan vandaag nog contact met ons op.